Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dan zult gij nemen van het bloed, dat op het altaar is, en van [19]de zalfolie, en gij zult op Aaron en op zijn klederen sprengen, en op zijn zonen en op de klederen zijner zonen met hem; opdat hij geheiligd zij, en zijn klederen, ook zijn zonen, en de klederen zijner zonen met hem. 19. Die beschreven wordt hfdst.30 vs.22.